Werkgever, SpoorTotaal is een gecertificeerd werkplekbeveiligingsbedrijf dat is gespecialiseerd in het in opdracht van partijen als RailAlert en ProRail adviseren over, ontwerpen en tot stand brengen van een veilige en betrouwbare werkomgeving op en rond het spoor (trein, tram of metro) om aanrijd- en elektrocutiegevaar bij werkzaamheden aan het spoor te minimaliseren. SpoorTotaal assisteert opdrachtgevers bij zowel de voorbereiding als de uitvoering van werkzaamheden aan het spoor, rekening houdende met de strenge wet- en regelgeving die daarvoor is vastgesteld.
De werknemer is in het najaar van 2008 bij de werkgever in dienst getreden In de functie van medewerker projecten. Eind april 2023 meldt werknemer zich ziek. De werkgever probeert nadien verschillende malen in contact te komen met de werknemer maar dit lukt niet. Vervolgens schakelt de werkgever De politie in en deze begeeft zich naar de woning van de werknemer en treft daar zijn huisgenoot aan. Ook deze huisgenoot weet niet waar de werknemer is. Later op die dag neemt de huisgenoot contact op met de werkgever en deelt mee dat de werknemer in bedenkelijke toestand is aangetroffen bij zijn vriendin. De huisgenoot informeert de werkgever ook dat de werknemer al meerdere jaren een alcoholprobleem heeft en dat hij daarvoor destijds is behandeld Maar dat uit deze behandeling voortijdig had afgebroken.
De kantonrechter heeft geoordeeld dat SpoorTotaal ten onrechte op staande voet heeft ontslagen en de verzochte vergoedingen aan werknemer toegekend. Daarbij is de hoogte van de billijke vergoeding bepaald op € 95.000,- bruto. SpoorTotaal is het hier niet mee eens. De bedoeling van haar hoger beroep is primair dat het hof oordeelt dat het ontslag op staande voet rechtsgeldig is en de door werknemer verzochte vergoedingen alsnog afwijst. Mocht het hof van oordeel zijn dat het ontslag op staande voet niet rechtsgeldig is, verzoekt SpoorTotaal het hof subsidiair om voor recht te verklaren dat werknemer geen recht heeft op een billijke vergoeding, althans de billijke vergoeding te bepalen op een lager bedrag dan € 95.000,- bruto.
het Hof stelt het volgende voorop. Een absoluut verbod om wegens ziekte te ontslaan ontbreekt in het Burgerlijk Wetboek. Zo kan een arbeidsovereenkomst onder voorwaarden wegens langdurige arbeidsongeschiktheid of wegens frequent ziekteverzuim worden opgezegd (artikel 7:669 lid 3 aanhef en sub b en c BW). Tegelijkertijd rust bij een ontbindingsverzoek door de werkgever op de rechter de plicht zich ervan te vergewissen dat het verzoek geen verband houdt met arbeidsongeschiktheid wegens ziekte. Is dat wel het geval dan kan de rechter in beginsel niet ontbinden (artikel 7:671b lid 2 jo. lid 6 BW. Het hof neemt daarom tot uitgangspunt dat met ontslag wegens ziekte behalve in de hiervoor specifiek genoemde gevallen terughoudend moet worden omgegaan.
Het komt bij een ontslag op staande voet als hier aan de orde neer op het antwoord op de vraag of van de werkgever niet kan worden gevergd dat de arbeidsovereenkomst in stand blijft. Daarmee komt het hof toe aan de afweging van de omstandigheden. Een van die (persoonlijke) omstandigheden kan gelegen zijn in ziekte van de werknemer. Deze ziekte kan verzachtend uitwerken op de beoordeling of zich een dringende reden voordoet. Daarbij weegt mee dat niet in zijn algemeenheid kan worden gezegd dat de gevolgen van een alcoholprobleem in het kader van de beoordeling van een dringende reden rechtens voor rekening van de werknemer komen.
In dit geval speelt de aard van de ziekte van werknemer , namelijk zijn problematische alcoholgebruik, een belangrijke rol in de beoordeling van de dringende reden. Het is immers een feit van algemene bekendheid dat mensen die een alcoholprobleem hebben dat ontkennen en zelf niet als problematisch aanmerken. Alleen dat maakt al dat van werknemer in redelijkheid niet gevergd kon worden om zijn alcoholproblematiek aan SpoorTotaal en/of de bedrijfsarts te melden. De risicovolle aard van de werkzaamheden van SpoorTotaal kan daar niet aan afdoen.
Het hof is uiteindelijk van oordeel dat het beroep van Spoor Totaal slaagt ten aanzien van de billijke vergoeding en kent een bedrag toe aan werknemer van € 37.500,–
Gerechtshof Arnhem- Leeuwarden, 8 juli 2024 ECLI:NL:GHARL:2024:4510
Publicatie: 19 juli 2024