Plichtsverzuim in het ambtenarenrecht
Een ambtenaar is verplicht om de uit de functie voortvloeiende plichten nauwgezet en ijverig te vervullen. Kortom; de ambtenaar dient zich te gedragen van een goed ambtenaar verwacht mag worden. Indien een ambtenaar zijn/haar verplichtingen niet nakomt, of iets doet of nalaat wat een goed ambtenaar betaamt, kan sprake zijn van plichtsverzuim. Dit kan overigens ook betrekking hebben op gedragingen in de privé sfeer, bijvoorbeeld een politieagent die zich bezig houdt met criminele activiteiten, of een politieagent die grote privé schulden heeft en daardoor te maken krijgt met loonbeslagen. In die gevallen kan een veiligheidsrisico bestaan omdat de politieagent vanwege zijn schuldenpositie chantabel zou kunnen zijn.
Van een ambtenaar wordt vaak meer verwacht dan van een gewone werknemer omdat de ambtenaar werkzaam is in de publieke dienst. De ambtenaar heeft daarom een voorbeeldfunctie.
Als vastgesteld wordt dat de ambtenaar zich schuldig heeft gemaakt aan plichtsverzuim riskeert de ambtenaar een disciplinaire straf. Er bestaan vele soorten disciplinaire straffen. Dit kan zijn een schriftelijke waarschuwing, geldboete, (gedeeltelijke) inhouding van de bezoldiging tot (on-) voorwaardelijke strafontslag.
Voordat het zo ver komt dienen een aantal fases doorlopen worden die hieronder kort worden beschreven.
Allereerst dienen de feiten en omstandigheden te worden onderzocht. Daarbij dient de ambtenaar te worden gehoord. Tijdens de duur van het onderzoek kan de ambtenaar worden geschorst.
Indien uit het onderzoek volgt dat sprake is van plichtsverzuim dan zal de ambtenaar een gemotiveerd besluit ontvangen tot het voornemen van een disciplinaire straf of maatregel.
Tegen dit voornemen kunnen zogenaamde zienswijzen door de ambtenaar worden ingediend. Pas daarna volgt een definitief besluit.
De straffen kunnen voorwaardelijke worden opgelegd; dat wil zeggen dat de straf niet daadwerkelijk ten uitvoer wordt gelegd maar dat een termijn wordt gesteld. Als de ambtenaar zich binnen die termijn weer schuldig maakt aan plichtsverzuim dan zal de straf alsnog ten uitvoer worden gelegd.
Naar vaste rechtspraak (onder meer CRvB 14 oktober 1999, LJN AA4696 en TAR 1999, 155, en CRvB 6 maart 2008, LJN BC7003 en TAR 2008, 120) gelden in het ambtenarentuchtrecht niet de in het strafrecht van toepassing zijnde zeer strikte bewijs-regels. Wel geldt dat op basis van deugdelijk vastgestelde gegevens de overtuiging moet zijn verkregen dat de ambtenaar zich aan de hem verweten gedraging heeft schuldig gemaakt.
Publicatie: 28-11-2016