Na het verrichten van een vooronderzoek ter plaatse en het uitbrengen van een offerte wordt aan eiser de opdracht gegund om asbestplaten van een aantal oude schuurdaken te verwijderen.
Nadat eiser de platen aan één zijde van een dak had verwijderd en de andere zijde wilde inspecteren, is vrijwel de gehele stenen zijgevel afgebroken en bovenop eiser beland. Hierdoor liep eiser hoofd-, been- en hersenletsel op en raakte (vooralsnog) arbeidsongeschikt.
Eiser stelt gedaagde aansprakelijk voor de geleden schade, nader op te maken bij staat, op basis van de risicoaansprakelijkheid die op gedaagde rust als bezitter van de (gebrekkige) opstal. Gedaagden stellen niet aansprakelijk te zijn voor de geleden schade aangezien de schade het gevolg is van het op onkundige wijze uitvoeren van werkzaamheden door eiser. Volgens gedaagden had eiser bedacht moeten zijn op het instortingsgevaar en is sprake van eigen schuld nu eiser geen maatregelen heeft getroffen om ongevallen te voorkomen.
Rechtbank: Op basis van deskundigenrapporten stelt de rechtbank vast dat de betreffende gevelmuur van de schuur – en daarmee de opstal – gebrekkig was. Doordat de spouwankers tussen de binnen- en buitenmuur waren doorgeroest bestond er geen solide verbinding meer tussen beide muren. Dit leverde een gevaarlijke situatie op. Ook van een oude schuur mag worden verwacht dat de muurdelen deugdelijk verbonden zijn. Ongeacht de gekozen wijze van uitvoering door eiser (het verwijderen van alle platen aan één kant in plaats van om en om) was de muur niet ingestort indien er een deugdelijke verbinding tussen beide muren had bestaan. Eiser mocht vertrouwen op de deugdelijkheid van de muurdelen en kan daarom niet worden verweten dat hij geen (aanvullend) onderzoek heeft verricht of veiligheidsmaatregelen heeft getroffen. Het door eiser verrichte vooronderzoek zag uitsluitend op de staat van de asbestplaten en niet op de bouwkundige staat van de schuur. Er waren voor eiser geen concrete aanwijzingen die ertoe hadden moeten leiden dat hij bedacht moest zijn op instorting. Eventuele wetenschap of verwijtbaarheid is voor de hoofdelijke (risico)aansprakelijkheid van gedaagden als bezitter van de opstal overigens ook niet relevant. De rechtbank wijst een voorschot op de schadevergoeding toe en verwijst voor het overige naar de schadestaatprocedure.
Rechtbank Oost- Brabant, 9 oktober ECLI:NL:RBOBR:2024:4703
Publicatie blog 10 januari 2025