Voorzieningenrechter legt WOB verzoeken van ondernemer aan banden.
De Wet Openbaarheid van Bestuur (WOB) biedt elke Nederlandse burger de mogelijkheid om inzage te krijgen in de informatie die bij de overheid berust. Dit kan eenvoudig gebeuren door schriftelijk of mondeling een WOB-verzoek in te dienen bij een bestuursorgaan.
Een ondernemer, die een geschil had met de gemeente Amsterdam had in 2014 t/m 2017 maar liefst 109 WOB verzoeken ingediend. De verzoeken betroffen uiteenlopende onderwerpen, zoals vergunningen voor kabels en leidingen, een hardhoutverbod, betonnen constructies, opleidingen van ambtenaren, baggerwerkzaamheden, fietspaden, een busstation, en andere onderwerpen. De gemeente maakte uiteindelijk een kort geding aanhangig waarin getracht werd het aantal WOB verzoeken aan banden te leggen. In de kort geding procedure had de gemeente alle WOB verzoeken van de ondernemer en het aantal daarop gebaseerde subvragen vermeld. In totaal kwam de Gemeente in dit overzicht tot 477 vragen.
De gemeente stelde in het kort geding dat de ondernemer onrechtmatig handelt door onevenredig veel en omvangrijke Wob-verzoeken in te dienen. Zijn doel daarbij is niet zozeer het verkrijgen van informatie, maar veeleer het ontwrichten van de gang van zaken bij de Gemeente. Er was inmiddels voor 28 uur een medewerker bij de Gemeente die zich vrijwel alleen bezighoudt met de beantwoording van de klachten en verzoeken van de ondernemer. De Gemeente heeft getracht met de ondernemer in gesprek te gaan, maar de ondernemer was daartoe niet bereid.
Ingevolge artikel 3:13 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW) kan degene aan wie een bevoegdheid toekomt, deze niet inroepen voor zover hij haar misbruikt. Lid 2 van dat artikel bepaalt vervolgens dat een bevoegdheid onder meer kan worden misbruikt door haar uit te oefenen met geen ander doel dan een ander te schaden of met een ander doel dan waarvoor zij is verleend of in geval men, in aanmerking nemende de onevenredigheid tussen het belang bij de uitoefening en het belang dat daardoor wordt geschaad, naar redelijkheid niet tot die uitoefening had kunnen komen.
De Voorzieningenrechter concludeerde dat voldoende aannemelijk was dat de handelwijze van de ondernemer niet was gericht op het (tijdig) verkrijgen van informatie, maar op het ontwrichten van de gang van zaken bij de Gemeente. De Voorzieningenrechter verbood, op straffe van een dwangsom, de ondernemer om gedurende drie jaren in totaal meer dan 10 WOB verzoeken per kalenderjaar en/of klachten in te dienen bij de gemeente.
Rechtbank Amsterdam, 14 juli 2017 ECLI:NL:RBAMS:2017:5026
Publicatie: 17-07-2017