In het hieronder te bespreken arrest oordeelde het Gerechtshof Amsterdam dat onjuiste informatie in een verkoopbrochure niet voldoende is voor een geslaagd beroep op non- conformiteit en dwaling.
De eigenaren hadden hun woning vanaf 2006 gestoffeerd verhuurd nadat gebleken was dat zij voor de woning geen koper konden vinden. In april 2015 besloten de eigenaren de woning opnieuw te koop te zetten. In de (verouderde) verkoopbrochure was vermeld dat recentelijk de kozijnen, platdakbedekking, voegwerk, goten en douche waren vernieuwd.
Het Gerechtshof kende in hoger beroep (evenals de rechtbank) geen betekenis toe aan de verkoopbrochure omdat voor de inhoud van de koopovereenkomst de vragenlijst van veel groter gewicht is dan de verkoopbrochure. In de brochure is meermaals vermeld dat de inhoud daarvan kan afwijken van de werkelijkheid en dat aan die inhoud geen rechten kunnen worden ontleend. Daarbij komt dat de term “recent” te vaag is om daaraan duidelijke verwachtingen te kunnen ontlenen. De woning is immers gebouwd in het jaar 1974 en ten opzichte daarvan waren vernieuwingen die aan het eind van de jaren ’90 hebben plaatsgevonden, zoals het merendeel van de in het geding zijnde vernieuwingen, in zekere zin inderdaad “recent” te noemen. Een en ander brengt met zich dat de koper de inhoud van de brochure niet diende te beschouwen als toezeggingen van de zijde van de verkoper, maar eerder als een startpunt van denken over eventuele aankoop.
Dit laatste betekent niet dat de koper gehouden was een bouwkundig expertise te laten verrichten of een diepgravend eigen onderzoek te doen naar de ouderdom van de verschillende vernieuwingen, maar wel dat in ieder geval van hem mocht worden verwacht dat hij de in de koopovereenkomst genoemde en daarbij gevoegde vragenlijst nauwkeurig zou bestuderen, omdat daarin nu eenmaal de mededelingen waren neergelegd waaraan verkopers zich wel wensten te committeren. Dat hij dat kennelijk heeft nagelaten komt voor zijn eigen rekening. In de vragenlijst werden geen vernieuwingen vermeld in de laatste tien jaren en die omstandigheid had voor de koper aanleiding moeten zijn om, als hij de datering van de verbeteringen belangrijk vond, daarover vragen te stellen aan de verkopers.
Op grond van bovenstaande wees het Gerechtshof het beroep op dwaling en non-conformiteit van de koper af.
Gerechtshof Amsterdam, 23 januari 2018, Zoekresultaat – inzien document ECLI:NL:GHAMS:2018:233
publicatie 9 oktober 2018