De rechter kan op twee manieren een fout in een vonnis herstellen.
Artikel 31 Rv. bepaalt dat de rechter te allen tijde, zowel op verzoek van een partij als ambtshalve, een kennelijke rekenfout, schrijffout of andere kennelijke fout die zich voor eenvoudig herstel leent aan kan passen. Er moet daarbij sprake zijn van evidente verschrijvingen of rekenfouten, waarbij voor partijen en derden direct duidelijk is dat sprake is van een vergissing. Een inhoudelijk verkeerde beoordeling van het geschil door de rechter leent zich vanzelfsprekend niet voor herstel op deze wijze. In die gevallen dient hoger beroep te worden ingesteld.
Op grond van artikel 32 Rv, kan de rechter een vonnis herstellen indien over een deel van het gevorderde of verzochte geen beslissing is gegeven. Het achterliggende idee is dat moet worden voorkomen dat partijen genoodzaakt zijn om een rechtsmiddel in te stellen (zoals hoger beroep), omdat de rechter vergeten is over een deel van de vordering te beslissen.
Voordat de rechter het vonnis verbetert, zal hij partijen in de gelegenheid stellen zich hierover uit te laten. Dit gebeurt vaak schriftelijk.
Voorbeeld uit de praktijk waarin herstel werd afgewezen.
Een kantonrechter had een partij in de gelegenheid gesteld een akte te nemen. Deze akte was weliswaar ingediend maar deze was op de griffie niet in het juiste dossier terechtgekomen. Volgens de kantonrechter betrof dit een administratieve fout met als gevolg dat de kantonrechter een eindvonnis wees op basis van een incompleet dossier. Gelet hierop en op de instemming van beide partijen om in eerste aanleg voort te procederen had de kantonrechter zijn vonnis vervallen verklaard.
Het Gerechtshof Den Bosch 19 april 2016, ECLI:NL:GHSHE:2016:1512 was het hiermee niet eens. Buiten de hierboven genoemde gevallen kan de rechter niet zelf de rechtskracht van zijn/haar vonnis aantasten, ook niet met instemming van partijen. In Nederland kennen we een zogenaamd gesloten stelsel van rechtsmiddelen. Dit brengt mee dat die aantasting is voorbehouden aan een hogere rechter die de mogelijkheid heeft om een uitspraak van een lagere rechter te vernietigen. (Hoge Raad 4 december 2015, ECLI:NL:HR:2015:3476)
Publicatie 7 november 2017